vrijdag 10 april 2009

Knowing is vakkundige maar pretentieuze film

Is het universum deterministisch? Of hobbelen we rond in een hutspot van toeval en vrije wil? Het is waarschijnlijk een van de oudste filosofische debatten. Voor een film is het een uitstekend uitgangspunt. En ik verwacht niet dat een film mij van een of ander standpunt overtuigt, maar de maker mag het altijd proberen.

Ik verlang van een speelfilm dat hij me intrigeert. Als ik de zaal uitloop wil ik eigenlijk het gevoel hebben dat ik op mijn hoofd loop. Het liefst wil ik iets ervaren wat ik nog niet eerder zo voelde, of beter: een verbinding tussen voelen en weten maken die ik nog niet eerder gelegd had. Zoals bijvoorbeeld vorige week toen Kate Winslet als analfabete vrouw in The Reader mij liet voelen en weten dat zij uit schaamte voor haar gebrek een relatie afhield en ook kwaad deed, zowel aan anderen als zichzelf, en toch schuldig was.

Ook was het zo dat Knowing van mijn favoriete recensent Roger Ebert een hoge waardering kreeg. Bovendien, sciencefiction is bij uitstek het fictiegenre dat zich verdiept in ideeën. Dus zo’n film legt een intrigerend verband tussen voelen en weten. En dat hoeft helemaal niet ingewikkeld te zijn – vorig jaar was Wall-E een geslaagd voorbeeld. Of, de andere mogelijkheid, de sciencefiction gaat af door de zijdeur.

Het basisgegeven van Knowing is dat schoolkinderen in het jaar 1959 een tekening maken van hun toekomstbeeld en die voor de school begraven in een tijdcapsule. Vijftig jaar later wordt het geval plechtig opgegraven. Nicholas Cage is in dit verhaal een alleenstaande natuurkundeprofessor wiens zoontje een bijzondere tekening uit die tijdcapsule krijgt, met alleen maar getallen. Door een toeval (of niet dus) ontdekt Cage dat er een patroon in de getallen zit: coördinaten, tijdstippen en dodenaantallen van rampen in de afgelopen vijftig jaar blijken exact voorspeld. En dan gaat Cage met zijn bekende door zielepijn gekwelde (en met kohl-potlood omlijnde) ogen een combinatie van actieheld en ideale vader neerzetten. Gebrek (drankzucht) geen bezwaar, als hij maar goede daden verricht.

Oké, allemaal tot je dienst. Maar onderweg raakte het verhaal mij kwijt. En dat is zonde als je ziet hoe vakkundig de film gemaakt is. Regisseur Alex Proyas (I Robot, Dark City) heeft vaardig aan genrevermenging gedaan met scienfiction, occulte thriller en een beetje psychologisch drama. En hij kreeg me echt ondersteboven met de special effects. Het speciale van de special effects was dat ze nu eens niet te maken hadden met superhelden of bovennatuurlijke gebeurtenissen. Nee, we zagen gewone ongelukken met trein, auto en vliegtuig. Met hele overtuigende beelden, maar een hele simpele mise-en-scène, montage en découpage. Niks geen bombast, want niet nodig, en des te indringender. Hier kun je aan zien dat Proyas een vakman is die iets van het medium begrijpt.

Proyas overtuigt op allerlei onderdelen, maar met het ideeënconflict tussen determinisme en toeval – een pretentie die hij vanaf het begin duidelijk neerzet – doet hij niets intrigerends. Knowing is geen geslaagde sciencefiction film geworden. Het spannendst zijn de gewone huis-tuin-en-keukenongelukken. Wellicht is dat geen, eh, toeval.

donderdag 9 april 2009

Draadloos naar de dood van de privacy

“Ik zal het maar eerlijk zeggen, Sofie. Maar er staan dingen van je op het web – foto’s, filmpjes. Nou, nou, nou... Als we nu alleen op de wereld waren, maar dat is niet zo. Het punt is: we zijn afhankelijk van onze klanten, en als die jou gaan natrekken op het internet... Enne... Helaas kunnen we je niet aannemen.”

“Ik dacht al dat u dat zou gaan zeggen, meneer De Wit. Maar er staan dus dingen van u op tape... U met de buurvrouw, u met ene Jane. Nou, nou, nou... Toevallig heb ik die tape in mijn bezit. Als klanten dat op het web zouden vinden, of uw vrouw... Ik kan eventueel wat fragmenten laten horen. Daarom vind ik dat we maar het beste door kunnen gaan met dit sollicitatiegesprek. Vindt u ook niet, meneer De Wit?”

Sinds de NOVA-uitzending van gisteravond lijkt het me niet helemaal denkbeeldig dat zo’n gesprek nog eens voor zal komen. Een team van NOVA had met een laptop en een bepaald type netwerkkaart, dat je voor 23 euro kunt kopen, een week lang allerlei telefoongesprekken afgeluisterd die met draadloze telefoons en headsets gevoerd waren. Een ziekenhuis, de meldkamer van de politie, de belastingdienst, een advocaat en zijn cliënt, een minister, gewone burgers – bij allemaal bleek het kinderlijk eenvoudig om hun gesprekken af te luisteren. En achter gevoelige informatie te komen.

Zo’n draadloze telefoonset, met dect-telefoons, is tegenwoordig in verreweg de meeste huishoudens in Nederland aanwezig; het is vergelijkbaar met de penetratiegraad van het internet. Bij naar schatting de helft van de in omloop zijnde dect-toestellen staat de encryptie niet ingeschakeld, zijn de gesprekken dus af te luisteren. Als je een woonhuis belt dan moet je er dus eigenlijk rekening mee houden dat het gesprek makkelijk afluisterbaar zal zijn. Een door NOVA geïnterviewde IT-beveiligingsexpert verwacht dat wat nu voor dect-toestellen geldt binnen één à twee jaar voor gsm-toestellen geldt.

Je zou het zelfs als een hobby kunnen gaan beschouwen. Ik weet nog wel dat ik vroeger op de middelbare school met mijn vrienden ouders van bekenden opbelde, en dan waren we bijvoorbeeld een officiële instantie en probeerden we die mensen van alles op de mouw te spelden. Tegenwoordig kun je het als niet al te dure hobby zien om allerlei mensen in de buurt te gaan afluisteren. Of je partner als die in een andere kamer telefonisch de relatie aan het doornemen is.

Toch is na de NOVA-uitzending niet de pleuris uitgebroken. De belastingdienst liet aan NOVA weten dat ze gaan onderzoeken hoe groot het probleem is en indien nodig direct maatregelen nemen. Indien nodig – tsja. De raad van hoofdcommissarissen van politie erkent dat de bewuste toestellen inderdaad gebruikt worden en deze op termijn zullen verdwijnen. Op termijn – dus bij deze zijn we voor morgen, volgende week en volgend jaar uitgenodigd om de politie af te luisteren. De IT-beveiligingsexpert bij NOVA constateerde gemakzucht bij de burgers en cynisme bij de fabrikanten. Hij vertelde dat op dit gebied al twintig, dertig jaar weinig protest te horen is, en de fabrikanten bij gebrek aan tegengas gewoon door zullen gaan.

Tsja, die onaangedane gemakzucht. Privacy? Nou niet moeilijk gaan doen. Trouwens, waar blijven Wall-E en al die andere robots die ons de vervelende dingen uit handen gaan nemen?

woensdag 8 april 2009

Kan Microsoft de netbook-revolutie stoppen?

Microsoft geeft, Microsoft neemt. Althans, zo zien ze dat graag in Redmond. Het bedrijf kwam vandaag op verschillende manieren in het nieuws die op het eerste gezicht niet opzienbarend zijn, maar die bij nader inzien toch vooruit wijzen naar ontwikkelingen met mogelijk verstrekkende gevolgen. Niet in de laatste plaats voor Microsoft zelf.

Allereerst voorspelt het bedrijf dat internet in Europa de televisie in juni 2010 inhaalt als belangrijkste medium. Oké, dat hadden we wel zo’n beetje verwacht. Bij de drie voornaamste schermen van nu – televisie, computer, mobieltje – vindt in de komende vijf jaar een ontwikkeling plaats naar een andere driedeling van schermen. Televisie en pc zullen als het ware in elkaar overvloeien in een groot, statisch scherm thuis, waardoor de noodzaak vervalt om in real-time televisie te kijken. Het tweede scherm zal de smartphone zijn, ons nog weer verder vernieuwde mobieltje. En het derde soort scherm zal aangesloten zijn op wi-fi en uiterst draagbaar zijn – de opvolgers van onze huidige laptops / netbooks. Behulpzaam merkt het bedrijf op dat consumenten nog allerlei barrières tegenkomen als ze bijvoorbeeld foto’s willen overbrengen van de ene informatiedrager naar de andere, en Microsoft gaat de mensen daar natuurlijk bij helpen – een wereld zonder beperkingen!

Maar dan de aankondiging dat Microsoft vanaf 14 april aanstaande de mainstream ondersteuning van XP zal beëindigen. Dit terwijl 63 procent (...) van alle internetgebruikers wereldwijd XP als besturingssysteem gebruikt, tegen maar 24 procent Windows Vista. Microsoft verdient drie keer zoveel aan de verkoop van Vista als aan XP. Maar Vista is een moloch die onbruikbaar is voor netbooks. De Telegraaf schreef vandaag vol ontzag dat Microsoft nu domineert op de netbook-markt. Nou, kennelijk zijn ze in Redmond totaal niet onder de indruk van de marge die ze op XP maken. Dus draaien ze XP de nek om, terwijl ze de marktleider uit de begindagen van de netbook, Linux al uitgeschakeld hadden. Het lijkt er op dat ze de wereld Windows 7 door de strot willen duwen. Terwijl het bedrijf nog nog nergens Windows 7 voor netbooks in de winkels heeft liggen.

Het is merkwaardig wat Microsoft allemaal wil uithalen. Hoe je het ook wendt of keert, netbooks zijn het grote succesverhaal op de pc-markt van de laatste tijd. En er staat er daar een hardware-revolutie aan te komen. Jen-Hsun Huang, de topman van chipmaker Nvidia zegt: ‘Het tijdperk van de perfecte internetcomputer van 99 dollar komt eraan.’ En in die perfecte maar goedkope internetcomputer zit dan geen technologie van het duo Microsoft / Intel, maar een architectuur (ARM / Linux) die is overgenomen van mobiele telefoons, waar ze altijd al hebben moeten woekeren met ruimte en kosten.

Intel en Microsoft waarschuwen dat consumenten sceptisch moeten zijn over elke computer die goedkoper is dan 300 dollar. Ja, dat begrijpen we helemaal. Op computers van onder de 100 dollar kan het duo Wintel nooit meer de marges maken die ze gewend waren. Vinden ze helemaal niet leuk.

Er komt nu een situatie dat de marktleider bij de netbooks een onbruikbaar besturingssysteem (Vista) heeft, een niet meer ondersteund systeem (XP) en een nog onbewezen systeem (Windows 7). Terwijl er een hardware-revolutie in de pen zit. Het zou me niet verbazen als ze nu de deur hebben opengezet voor de concurrentie.

dinsdag 7 april 2009

Minister Eurlings remt de kilometerheffing af

En opeens kunnen we de kilometerheffing wel vergeten. Althans, voor deze kabinetsperiode. En wat er daarna voor kabinet komt, het is voor iedereen een grote vraag. Zover zijn we echter nog niet.

Minister van Verkeer en Waterstaat Camiel Eurlings heeft de Kamer laten weten dat hij de kilometerheffing voor vrachtwagens uitstelt. Omdat hij de risico´s van het systeem nog te groot vindt. GroenLinks heeft de minister nu naar de Kamer geroepen. En in de reacties van oppositiepartijen bespeur ik een buitenproportionele verontwaardiging. Hier moet meer aan de hand zijn.

Eerst het nieuwsbericht van de minister even bekijken. Ik lees 2011, iets met vrachtwagens, extern onderzoek, accountantsdienst en drie soorten risico. Ho, zegt hij nu dat hij tot nu toe geen onvoorziene risico’s heeft ingepland in zijn projectbegroting? Er komt voorbij: zonder risico’s, met bekende risico’s en met onvoorziene risico’s. Tot nu toe heeft hij alleen met de eerste twee categorieën gewerkt. En op die laatste categorie is hij pas gekomen ‘op basis van een extern onderzoek naar de robuustheid van de planning, dat hij op aanraden van zijn accountantsdienst heeft laten uitvoeren.’ Het staat er echt.

Eurlings is zelf ingenieur. Onder zijn verantwoordelijkheid is er bij zo’n gevoelig project als de kilometerheffing, ‘het juweeltje van dit kabinet’, iets heel belangrijks nagelaten. Of zoals het nieuwsbericht van zijn eigen ministerie stelt: ‘De minister heeft het advies gekregen ook onvoorziene risico’s in de planning op te nemen, te vergelijken met een post onvoorzien in een kostenraming.’ Guttegut, alsof ze dit zomaar voor het eerst bedenken – onvoorziene risico’s, helemaal vergeten!

Tsja. En dan kom ik tegen dat Eurlings vorig jaar al aangaf dat er grote kans was dat 2011 niet gehaald werd. Hmm. Er zijn maar een paar mogelijkheden. Dat hij het teveel als een techneut heeft aangepakt, sluit ik uit. Een techneut had die onvoorziene risico’s juist wel meegenomen. Was hij politiek naïef? Wel, enkele feiten spreken hier voor zich. Zijn vader zat al in de Limburgse politiek; kleine Camiel zat al op achtjarige leeftijd op de politieke tribune bij gemeenteraadsvergaderingen; op zijn twintigste was hij gemeenteraadslid in Valkenburg; hij werd de derde jongste minister in Nederlandse kabinetten sinds 1815. Deze man is niet politiek naïef. Kortom: I smell a rat.

Maar wat wil Eurlings nu? Terug naar die buitenproportionele reacties van oppositiepartijen. VVD-Kamerlid Aptroot noemt hem ‘laf’. Dus: Eurlings wil aardig gevonden worden, in dit geval door linkse jongens en meisjes. Volgens SP-Kamerlid Roemer hebben Eurlings en zijn partij (CDA) de kilometerheffing in werkelijkheid nooit gewild. Dus: Eurlings heeft altijd gemanipuleerd, Eurlings wil macht. GroenLinks-Kamerlid Vendriks: ‘Eurlings heeft eerst de luchtvaart gered met het afschaffen van de vliegtaks, en nu dit. Dit is niet goed voor het milieu.’ Dus: Eurlings wil gewoon dingen voor elkaar krijgen, of tegenhouden.

Volgens mij wil Eurlings het allemaal. Aardig gevonden worden, macht, praktische dingen voor elkaar krijgen of juist tegenhouden. Ik vermoed alleen dat hij op wisselende momenten van de dag, en afhankelijk van zijn gezelschap, steeds een andere top-3 heeft. Welnu, als Balkenende straks iets internationaals gaat doen lijkt Eurlings me de perfecte CDA-windvaan om ja te zeggen tegen Geert Wilders.

maandag 6 april 2009

Barack Obama's ego loopt nooit in de weg

Barack Obama kwam, zag, en bleef raadselachtig. Wat mij het meeste bij hem opvalt is dat Obama een man is bij wie het ego niet in de weg loopt. En dat kan eigenlijk niet.

Hij heeft de baan waarvoor je zo’n beetje het grootste ego van de wereld moet hebben. Twee jaar lang heeft hij zich het vuur uit de sloffen gelopen in een verkiezingscampagne waar ik plaatsvervangend uitgeput van raakte als ik er alleen maar naar keek. Er moet iets enorms zijn dat deze man in beweging zet. En toch kan ik zijn ego maar niet ontwaren – of het is onmetelijk klein; of het is te groot voor het tv-scherm; of er is nog iets aan de hand met deze man wat ik gewoon niet kan plaatsen. Feit is in elk geval dat zijn ego niet in de weg loopt.

Bij zijn trip door Europa waren er weer genoeg niet te regisseren voorvalletjes die hier blijk van gaven. Met het voorval met de bobby heeft hij het hart van de Engelsen voor altijd gestolen. Op weg naar Downing Street 10 passeerde Obama de traditioneel gehelmde politieman en zei iets vriendelijks tegen hem. De bobby, gewend aan hoogwaardigheidsbekleders die hem letterlijk en figuurlijk niet zien staan, was zo aangenaam verrast dat hij zichzelf vergat en daarna zijn hand uitstak naar Gordon Brown die hem, natuurlijk, niet zag staan. Een minuscuul voorval. Maar heel Engeland zag het en werd geraakt. Omdat het land de herinnering aan het klassensysteem nog levendig met zich meedraagt, als die geamputeerde arm waar je maar pijn aan blijft houden. Voor Engelsen is vriendelijkheid jegens ‘de bedienden’ het ware adelskenmerk.

In Engeland loste Obama ook nog een conflictje tussen Frankrijk en China op door de beide leiders even apart te nemen. Uiteindelijk hoefde hij maar één woord in de tekst te veranderen om tot een oplossing te komen waar beide partijen vrede mee hadden. Het ging niet om dat ene woord, een simpele oplossing waar de beide leiders kennelijk zelf niet op gekomen waren. Het punt was dat bij Obama het ego niet in de weg liep.

En een dreigende crisis tussen Turkije en de rest van de NAVO-partners werd uiteindelijk beslecht door een sessie van een uur met Obama, de Deense kandidaat voor de hoogste NAVO-post Rasmussen en de Turkse president Gul. En jawel, ook dat lukte weer. Ik weet natuurlijk niet hoe het gegaan is, maar ik denk dat Rasmussen en Gul er zonder Obama niet uitgekomen waren.

Toch wist het commentaar van de Volkskrant weer met zo’n meewarig ‘we-staan-heus-achter-Obama-maar-we-zijn-nu-eenmaal- zuur-en-afgunstig’-toontje te vertellen over de Europese toezeggingen voor Afghanistan: ‘Minimaler kan haast niet.’ Zegeningen tellen is ook zo moelijk. Maar wie weet aait Obama ze nog eens over het bolletje met een vriendelijk interview.