Het is nu al dagenlang zo dat in de New York Times een artikel met de titel Going Dutch bovenaan staat in de top-25 van Most E-Mailed artikelen. Dat is de in de hele wereld veelbekeken lijst die je als eerste, van meerdere lijsten, te zien krijgt als je op de Home Page een beetje naar beneden scrollt en rechts de sectie Most Popular vindt. Het gaat om een artikel van vijfduizend woorden dat de in Amsterdam wonende Amerikaan Russell Shorto geschreven heeft voor het Magazine van de Times.
Ik kan niet zeggen dat ik het met stijgende verbazing heb gelezen. Wat hij aan zijn landgenoten vertelde over Nederland was natuurlijk al bekend bij me. Je zou kunnen zeggen dat ik in eerste instantie verbaasd was dat ze het zo verbazingwekkend vinden. En het is treffend dat ze er juist nu zo door geboeid worden. De economische malaise, die daar veel dieper in gewone mensenlevens ingrijpt dan hier, zal er niet vreemd aan zijn. En ik merkte tijdens het lezen opwinding bij mezelf.
In het artikel trekt Shorto zijn landgenoten via het ´pale-yellow´ licht van Vermeer en andere meesters het Nederlandse leven in. Anderhalf jaar heeft hij nu voor ‘American in Holland’ gespeeld. De eerste tijd is hij vooral door het getal 52 geobsedeerd – het getal van het hoogste belastingpercentage in Nederland. Zelfs al schildert hij zichzelf als ´liberal´ – progressief binnen de Amerikaanse verhoudingen –, hij krijgt spontaan met oprispingen te maken die hij tot dan toe associeerde met rechtse rakkers in eigen land.
Dan komen voorbij: de tegemoetkoming voor schoolboeken, kinderbijslag, ziektekosten, huisvesting, vakantiegeld. Dit laatste is in zijn ogen helemaal een ´socialistisch´ idee, met wettelijk minimaal vier weken verplichte vakantie, doorbetaald (…!); zaken waarbij Amerikanen kennelijk meteen de neiging krijgen om er grappen over te maken. Maar na verloop van tijd begint Shorto toch meer van dit land te begrijpen en zich zelfs af te vragen of Amerika geen dingen kan overnemen van Nederland.
Wat vooral indruk maakt is dat ‘the Dutch have proved to be particularly skilled at finding mixes that work’. Verschillende zaken zo met elkaar mixen dat het toch een succes wordt, is in zijn ogen een Nederlandse specialiteit. Historisch: het feit dat dit land als eerste met de multinationale onderneming begon en toen ook al relatief veel aan armen- en ziekenzorg deed. Een feit dat bijvoorbeeld weerspiegeld wordt in het feit dat Hans Hoogervorst, de man die de ziektekostenverzekering gereorganiseerd heeft, en universeel heeft gehouden, zichzelf in het artikel omschrijft als een conservatieve aanhanger van de vrije markt. Maar wat Shorto als vader vooral treft is dat uit onderzoek blijkt dat Nederlandse kinderen tot de gelukkigste ter wereld behoren.
Hij noemt natuurlijk ook een aantal negatieve zaken, zoals het gebrek aan individuele initiatieven in dit ‘doe maar gewoon’-landje. En hij vraagt zich af of deze unieke mix van marktgerichtheid van Nederland als derde grootste investeerder in Amerika met toch zoveel sociale zekerheid vol kan worden gehouden in een multi-etnische samenleving. Op dit laatste punt gaat hij niet door, maar juist dit zette me aan het denken. Historisch gezien heeft Nederland hierin helemaal geen slecht track-record.
De eerste grootscheepse maatschappelijke integratie van nogal verschillende groepen was die van protestanten en katholieken. Geen geringe zaak als je bedenkt dat in Europa Noord-Ierland hier nog steeds mee worstelt. Dan de integratie van de Indischen in de vorige eeuw. Wat vrijwel nooit aan de orde komt is dat dit bij mijn weten de eerste geslaagde integratie is van een niet-blanke groep in een blank land. Ook niet gering.
En de Surinamers. Voordat de Marokkanen het pispaaltje werden, waren zij de zondebok van Nederland. Waarna – ik kan herinner me dat de helaas te vroeg overleden Telegraaf-commentator Lunshof in een bijzin toegaf dat de integratie van de Surinamers wat hem betreft toch eigenlijk ook gelukt was. In de Telegraaf notabene, dat was jaren geleden toch een moment voor me waar ik een mentale notitie van maakte.
Het punt is: het Nederlandse track-record op integratiegebied is helemaal niet zo slecht. Skilled at finding mixes that work – onthouden. En mooi om te horen van iemand uit een land dat Nederland zoveel jaren geleden bevrijd heeft.
dinsdag 5 mei 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten